Corporate Curriculum De 7 bekwaamheden van een organisatie = kennisproductiviteit

Corporate Curriculum
De 7 bekwaamheden van een organisatie = kennisproductiviteit

1. Verwerven van materiedeskundigheid en vakkennis in directe relatie met de kerncompetenties van de organisatie	1.1 Is de materiedeskundigheid voor nu en voor de nabije toekomst in onze organisatie? 1.2 Weten we wie welke kennis heeft, benutten we deze ten volle, is hij georganiseerd? 1.3 Kunnen we de materiedeskundigheid die we nodig hebben tot ontwikkeling brengen? 1.4 Hoe kunnen we expertise delen en verspreiden in de organisatie?
2. Leren oplossen van problemen m.b.v. verworven vakkennis	2.1 Welke problemen/vraagstukken komen in de toekomst op ons af? 2.2 Welke zijn nieuw en vragen om nieuwe aanpak? 2.3 Hoe komt het dat we heel goed zijn in het oplossen van bepaalde typen problemen en met andere constant blijven worstelen? 2.4 Hoe kunnen we medewerkers stimuleren te experimenteren met nieuwe aanpakken voor oplossingen van moeilijk grijpbare vraagstukken?
3. Ontwikkelen van reflectieve vaardigheden, metacognitie; t.b.v. het ontdekken van wegen naar nieuwe kennis, deze verwerven en toepasbaar maken	3.1 Waar zit onze organisatieslimheid en leervermogen? Welke erkennen we en benutten we al en welke laten we liggen? En waarom? 3.2 Wat zijn onze voorkeursmanieren om nieuwe kennis te ontwikkelen en delen? Hoe kunnen we ons repertoire hiervoor uitbreiden? 3.3 Hoe komt het dat we snel vooruitgang boeken op het ene domein, maar blijven achter op het andere? 3.4 Hoe komt het dat anderen zich daar wel snel in ontwikkelen?
4. Verwerven van communicatieve en sociale vaardigheden; toegang tot kennisnetwerk en veraangenaming van leefklimaat van de werkomgeving	4.1 Hoe kan ik mij aantrekkelijk maken voor anderen, die over voor mij relevante kennis beschikken? 4.2 Hoe kan ik de communicatie met de ander zo inrichten dat we komen tot de kern? 4.3 Wat heb ik anderen te bieden en hoe kan ik daarin geaccepteerd en gewaardeerd worden?
5. Verwerven van vaardigheden voor het reguleren van motivaties en affecties rond het leren	5.1 Wat zet mij in beweging? Wat zijn mijn belangrijkste drijfveren? 5.2 Wat is betekenisvol werk voor mij, hoe kan ik toegang krijgen tot dat werk en dat werk zelf creëren? 5.3 Hoe kan ik mijn motivatie vasthouden, ook als het tegenzit? 5.4 Waar lopen mensen in onze organisatie warm voor en hoe kunnen we daar ruimte voor bieden in het dagelijks werk?
6. Bevorderen van rust en stabiliteit; basis voor verdieping, cohesie, synergie en integratie	6.1 Hoe kunnen we leren van het verleden en de leerervaringen benutten in het huidige werk? 6.2 Hoe kan ik momenten van rust creëren om mijn leerervaringen te delen met anderen in onze organisatie? 6.3 Hoe kunnen we nieuw ontwikkelde kennis integreren in onze systemen, procedures en aanpakken in ons dagelijks werk?
7. Het veroorzaken van creatieve onrust = de aanzet tot radicale innovatie	7.1 Wat zijn voor onze organisatie de cruciale vraagstukken, waarvoor we een nieuwe aanpak nodig hebben? 7.2 Wie in de organisatie loopt er warm voor deze vraagstukken en zal hierdoor geraakt worden in het werk? 7.3 Hoe kunnen we deze collega’s ondersteunen in het ontwikkelen van nieuwe kennis en het vinden van nieuwe wegen om met deze vraagstukken om te gaan? 7.4 Is het raadzaam om weinig vitale delen op te heffen om ruimte te scheppen voor een nieuw begin?